zaterdag 10 november 2018

Dag 45 De denker

Mijn gedachten zijn van mij


Ik ben een denker.
Rationeel en nuchter.
Mijn hoofd zit vol gedachten,
de een al prettiger dan de ander,
en ze schieten heen en weer, en dan terug.
Ze brengen me soms uit mijn evenwicht.
Het is heel moeilijk om ze weg te denken,
nagenoeg onmogelijk om ze stil te leggen.
Soms worden ze rustiger van de bedenking dat ze van mij zijn.
Dat ze mij toebehoren en dat ik toch echt wel mag denken wat ik wil.
Mijn gedachten zijn okΓ©.

De vraag hoe het zou zijn als ik minder enkel en uitsluitend in mijn hoofd zou leven, 
dringt zich af en toe wel op.
Daar kan ik dan weer uren, dagen, weken, 
een leven lang, als het moet, over peinzen.

En alleen maar denken,
verandert niks natuurlijk.

Zijn denkers zwevers?
Of houden hun gedachten en hun zwaar hoofd hen net met hun voetjes op de grond?

Ik weet het niet.
Daar moet ik even over nadenken.

πŸ’š

vrijdag 9 november 2018

Dag 44 Dankbaar

Eventjes gaan zitten


Het kan toch zo'n deugd doen
om bij een kopje thee,
een glaasje wijn,
bij een zacht muziekje
of helemaal in stilte
even te gaan zitten en wat te mijmeren.
Gewoon stilletjes genieten van het moment.
Vervuld zijn van het leven en al wat is,
misschien een beetje tijdloos te worden.
Eens bewust te zijn van het grote geheel
waar we deel van mogen uitmaken.
Wat kijken naar de lucht,
naar de wolken,
of naar de maan
en de sterretjes.
Even de oneindigheid,
de uitgestrektheid
en de nietigheid
gewaar worden.
En dan met een blij en warm gevoel,
en met een tikkeltje ontroering
terug te keren naar onszelf.
Dankbaar voor het grote geschenk dat het leven is.

πŸ’š

donderdag 8 november 2018

Dag 43 Lieve moeder aarde

Moederke aarde


O lieve aarde,
moederke aarde,
wat gebeurt er toch met jou?
Je geeft ons zo veel,
dat de immensheid ervan 
zo alles omvattend is
dat het niet te bevatten is.
Je draagt ons,
met onze vreugde,
ons verdriet,
onze nood, 
onze pijn,
onze gelukzaligheid.
Jij verbindt ons mensen,
onze natuur.
Je voedt ons,
stilt onze grote honger naar steeds meer.
En wij...
Wij lijken het niet te snappen
dat ook jij noden hebt.
Dat jij zonder onze hulp en inzet
ook niet kan overleven.
We kunnen niet zonder elkaar.
Ik zou je willen omarmen,
als ik dat zou kunnen,
even alle last van jouw schouders willen nemen
en je zeggen dat alles goed komt...
Als ik zou kunnen,
knuffelde ik je plat...
Dankjewel,
voor alles...

πŸ’š

woensdag 7 november 2018

Dag 42 Te goeder trouw

Onschuld




Er was eens een mooie witte vogel met een groot geheim.
Ik had hem al gespot in de verte,
maar toen ik hem begripvol aankeek, vloog hij toch verschrikt op.
Hij draaide in een ronde vlucht een paar keer om me heen
en landde op mijn schouder.

Ik bleef voor me uit kijken,
om hem niet angstiger te maken dan hij al was.

Ik voelde zijn kloppend hart,
ik hoorde gefezel in zijn pluimen,
en twijfelachtigheid in zijn pootjes.

Ik moet hem vertrouwen schenken, dacht ik, zodat hij aan mededeelzaamheid wint.
Hij voelde vast wel dat mijn intenties goed waren, en mijn luisterbereidheid groot,
want zijn kuif richtte zich op en hij kroop nog dichter tegen me aan.
Die nabijheid was voldoende om in zijn onschuld te geloven,
om te voelen dat hij ondanks zijn verstikkende geheim,
altijd te goeder trouw was geweest.

πŸ’š

dinsdag 6 november 2018

Dag 41 Alien

Ik ben een alien



Er was eens een klein mensje, een kindje dus, dat geboren werd.
De mama en de papa waren zo blij dat ze een kindje kregen.
Direct toen het het levenslicht zag opende het zijn grote groene ogen en sprong er een grote bos groen haar overeind, dat alle kanten op schoot.
Hij stond onmiddellijk op zijn voetjes ook.
Ook dat nog...

Iedereen was stomverbaasd en sprakeloos.
Toen het kindje heel luid zei: "ik ben een alien",
vielen de monden van de aanwezigen pas echt open.
Hier en daar klonk een diepe zucht, je hoorde gekuch en geslik...
Niemand die een passend woord uitsprak.

Heel duidelijk voelbaar in de atmosfeer was dat dit buiten alle verwachtingen lag.
Het leek ook zo'n raar wezen, zo abnormaal.
Niemand kon het opbrengen om daar liefde en verbondenheid voor te voelen.

Dat kindje had dat met zijn overgevoeligheid en scherpe intuΓ―tie heel gauw door.
Maar terugkeren naar de plek waar het vandaan kwam, was geen optie.

Het zou moeten leven in de aardse wereld waarin het onverwachts was terecht gekomen.
Het wist ook heel goed dat zijn leven een zoektocht zou blijven naar een eigen plekje,
waar het zichzelf zou kunnen zijn en waar het welkom en veilig was.

En heel misschien zou het een soortgenootje, een zielsverwantje vinden, dat wel van hem kon houden.

πŸ’š

maandag 5 november 2018

Dag 40 Welkom in mijn wereld.




Welkom in mijn wereld



Mijn lodderig oog heeft gezien
hoe die vreemde broer van me
met zijn rode puntmuts,
hier gisteren de boel wilde overnemen.

Hij zou jullie verhaaltjes vertellen...

Ach.
Geloof hem maar niet.

Hij is allerminst een verhalenverteller.

Ik wel.

Excuseert u hem.
Hij weet niet beter.
Hij snapt niet dat ik de opmerkzame,
en al heel oude verteller ben.

Van op zijn groene poef, buig ik diep
om mijn nederigheid te etaleren.

Ik groet
elk van jullie...

Welkom in mijn wereld.

πŸ’š

zondag 4 november 2018

Dag 39 Verhalenverteller.




De verhalenverteller




Ga maar rustig zitten,
alsjeblief.
Ik zit hier ook goed,
comfortabel zelfs
op deze kleine groene poef.

Ik kijk naar jullie.
Ik zie een allegaartje.
Ik zie geen twee gelijken.

Dat is zo.
We zijn allemaal verschillend.
Hebben onze eigenheid,
ons karakter
dat ons tot een uniek wezen maak.

Maar dat wisten jullie wel al, niet?

Daarvoor heb ik jullie niet uitgenodigd.

Ik vroeg me gewoonweg af
of ik jullie verhaaltjes mag vertellen.

Of jullie dat wel leuk of goed vinden.

Of vinden jullie dat maar niks.

Zeg het maar.

πŸ’š

Redding nabij

Onbeholpen Chanelleke was alweer de reddende engel. Met haar aanhoudende geblaf trok ze mijn aandacht. Ik vond een vogeltje. Ik w...